Vanaf het eind van de Zestiende eeuw was Amsterdam betrokken bij de trans-Atlantische slavenhandel en slavernij in het Caribisch gebied, Noord- en Zuid-Amerika en Azie. De weerslag van de betrokkenheid van de stad en particuliere Amsterdammers vind je in de Notariële Archieven.
Slavernij, hitte en tropische ziekten, de kolonie Berbice in Zuid-Amerika kende barre leefomstandigheden. Zo bar dat 'naar de Barbiesjes gaan' synoniem werd voor 'kapot gaan'.
Willemina Markus was pas vijf toen zij werd meegenomen naar Amsterdam, haar moeder bleef in slavernij achter in Batavia.
Zonder een stap in de kolonie te hoeven zetten, kon je in Amsterdam eigenaar worden van honderden tot slaaf gemaakte Afrikanen in Suriname.
Door project Alle Amsterdamse Akten komen steeds meer bronnen over het Amsterdamse slavernijverleden beschikbaar, van de financiële handel en wandel rond de slavenhandel tot persoonlijke verhalen van betrokkenen. Op 1 juli werd de documentaire 'Geboeid terug naar de plantage' uitgezonden op NPO2. In deze documentaire gaat Dwight van van de Vijver opzoek naar zijn familiegeschiedenis. In het Stadsarchief krijgt hij diverse notariële akten te zien.
Een gastbijdrage van historicus Matthias van Rossum over zilversmokkel en slavernij onder de VOC.
Het verhaal van Surinaamse bedienden Quakoe en Seraphine verscheen in februari 2017 voor het eerst op Alle Amsterdamse Akten, dit artikel is uitgebreid dankzij nieuwe vondsten in de Notariële Archieven.
Op 1 januari 1738 verging voor de kust van Suriname het slavenschip Leusden. Bijna 700 Afrikanen kwamen - door toedoen van de bemanning - om het leven.
Op 15 juli 1763 vertrok het snauwschip De Pink naar de kust van Afrika. Het doel van de reis: tweehonderd 'kinderen slaaven' te kopen en die in Suriname en andere koloniën te verkopen. Een huiveringwekkend verslag.
Slavenhandel, goud, Afrikaanse vrouwen en Euro-Afrikaanse kinderen. Een brief en het testament van Johann Christiaan Fennekol geven een inkijkje in het leven van een Europeaan aan de kust van Afrika in de achttiende eeuw.
In 1770 investeerde Prins Willem V duizenden guldens in een negotiatiefonds ten behoeve van plantages in het Caribisch gebied.
Vanaf het eind van de Zestiende eeuw was Amsterdam betrokken bij de trans-Atlantische slavenhandel en slavernij in het Caribisch gebied, Noord- en Zuid-Amerika en Azie. De weerslag van de betrokkenheid van de stad en particuliere Amsterdammers vind je in de Notariële Archieven.
Door project Alle Amsterdamse Akten komen steeds meer bronnen over het Amsterdamse slavernijverleden beschikbaar, van de financiële handel en wandel rond de slavenhandel tot persoonlijke verhalen van betrokkenen. Op 1 juli werd de documentaire 'Geboeid terug naar de plantage' uitgezonden op NPO2. In deze documentaire gaat Dwight van van de Vijver opzoek naar zijn familiegeschiedenis. In het Stadsarchief krijgt hij diverse notariële akten te zien.
Op 15 juli 1763 vertrok het snauwschip De Pink naar de kust van Afrika. Het doel van de reis: tweehonderd 'kinderen slaaven' te kopen en die in Suriname en andere koloniën te verkopen. Een huiveringwekkend verslag.
Slavernij, hitte en tropische ziekten, de kolonie Berbice in Zuid-Amerika kende barre leefomstandigheden. Zo bar dat 'naar de Barbiesjes gaan' synoniem werd voor 'kapot gaan'.
Een gastbijdrage van historicus Matthias van Rossum over zilversmokkel en slavernij onder de VOC.
Slavenhandel, goud, Afrikaanse vrouwen en Euro-Afrikaanse kinderen. Een brief en het testament van Johann Christiaan Fennekol geven een inkijkje in het leven van een Europeaan aan de kust van Afrika in de achttiende eeuw.
Willemina Markus was pas vijf toen zij werd meegenomen naar Amsterdam, haar moeder bleef in slavernij achter in Batavia.
Het verhaal van Surinaamse bedienden Quakoe en Seraphine verscheen in februari 2017 voor het eerst op Alle Amsterdamse Akten, dit artikel is uitgebreid dankzij nieuwe vondsten in de Notariële Archieven.
In 1770 investeerde Prins Willem V duizenden guldens in een negotiatiefonds ten behoeve van plantages in het Caribisch gebied.
Zonder een stap in de kolonie te hoeven zetten, kon je in Amsterdam eigenaar worden van honderden tot slaaf gemaakte Afrikanen in Suriname.
Op 1 januari 1738 verging voor de kust van Suriname het slavenschip Leusden. Bijna 700 Afrikanen kwamen - door toedoen van de bemanning - om het leven.